Op weg naar de volgende ‘droomtoom’!
Het eerste en voornaamste waar we als mengvoerleverancier mee bezig zijn, en nadrukkelijker nog in tijden van crisis, is om onze klanten met voer en advies succesvol te laten zijn. Met drie productielocaties in het epicentrum van de corona-uitbraak in Nederland is dat al een grote uitdaging. Maar daarnaast zijn we achter de schermen alweer bezig met voorbereidingen op de periode ná deze crisis.
Eind vorig jaar hebben we de eerste onderdelen van ons Vito zeugenprogramma laten zien. Met name de transitie- en lactatiefase, waarmee onder andere gestuurd wordt op de kwaliteit en uniformiteit van de volgende ‘droomtoom’, zijn aan bod gekomen. Dit breiden we steeds verder uit. Daarvoor wordt eerst het een en ander goed in beeld gebracht. Het verzamelen van ontzettend veel data is daarbij van groot belang. Dat is iets wat bij ons achter de schermen (dus ook tijdens deze Corona-crisis) continu doorloopt.
Transitie- en lactatiefase
We hebben inmiddels al uitgebreid aandacht gegeven aan de transitie-fase met onder andere de introductie van de Vitaal Transitie korrel. Daarnaast hebben we de eerste resultaten laten zien van het aanbieden van een meer geconcentreerd 2e fase lacto voer. Naast de goed functionerende 1-fase lacto voeders hebben we inmiddels ook goede praktijkervaringen met de inzet van 2-fase lacto voer.
Een 2e fase lacto voer heeft direct een positief effect op de melkproductie en daarmee op het totaal toomgewicht bij spenen. Daarnaast zien we bij de eerste proeven dat je hierdoor beter kunt sturen op de negatieve energiebalans van de zeugen tijdens lactatie. De mate waarin zeugen in de negatieve energiebalans komen, ofwel gewicht verliezen, en in hoeverre ze hun conditie kunnen herstellen tijdens de eerste 4-5 weken dracht, zegt alles over de kwaliteit en uniformiteit van de volgende toom. Hierbij is het erg belangrijk om voerinhoud met voermanagement (voerschema’s) te combineren. Daarvoor wordt eerst het een en ander goed in beeld gebracht. Het verzamelen van ontzettend veel data is daarbij van groot belang.
Monitoren lactatiefase
Op één van onze praktijkproefbedrijven worden de zeugen rondom de lactatie continu gemonitord. De zeugen worden gewogen bij het inzetten in de kraamstal en bij het spenen. De biggen worden gewogen na de geboorte en bij spenen. Daarnaast worden de individuele voeropname van de zeugen (via CDI) en de totale voeropname per toom gevolgd. Dit geeft ons de mogelijkheid om de status van de negatieve energiebalans in beeld te brengen. Vervolgens worden ook de data gedurende de dracht en de daaropvolgende worp verzameld.
Doordat we dit inmiddels al een lange periode volgen (en nu dus ook continueren tijdens Corona) kunnen we conclusies trekken over de mate van de negatieve energiebalans en het effect daarvan op de volgende worp. Door de grote hoeveelheid data te koppelen aan theorie over behoefte van de zeug gedurende meerdere fases (lactatie, begin dracht, eind dracht etc.), kunnen we dit in het Zeugen Informatie Model (ZIM) gieten, wat momenteel in ontwikkeling is. Zo kunnen we perfect de voerinhoud koppelen met het voermanagement. Dit alles met als doel om ook bij de volgende worp een ‘droomtoom' te creëren: uniforme en vitale biggen bij geboorte en een mooi totaal toomgewicht bij spenen!
We komen hier binnenkort op terug …
Lees ook: