Fransen Gerrits kiest voor dierlijk eiwit in biggenvoeders
Natuurlijker en gevarieerder dieet geeft big innerlijke rust
Biggenvoeders met dierlijke eiwitten verlaten sinds begin november de gespecialiseerde productielocatie in De Rips. ‘De voordelen van pluimveemeel voor de diergezondheid en het welzijn van de varkens en zeugenhouders wegen zwaarder bij Fransen Gerrits dan de logistieke uitdagingen’, stellen Jan van Haperen en Sanne Hermans. ‘Het dieet sluit beter aan bij de natuurlijke behoefte van omnivoren.’
Na twintig jaar totaalverbod mag diermeel sinds september 2021 onder strikte voorwaarden weer in veevoeders worden toegepast. Voor varkensvoerproducenten is het toegestaan om diermeel te verwerken dat afkomstig is van de pluimveevleesverwerkende industrie. ‘Toen die wettelijke mogelijkheid er kwam, was de beschikbaarheid van pluimveemeel bij leveranciers helaas zeer beperkt vanwege het bedienen van hun bestaande afzetkanalen’, zegt Jan van Haperen, hoofd nutritie bij Fransen Gerrits. ‘Wij hebben serieus werk gemaakt van het terughalen van een voldoende grote diermeelstroom van constante kwaliteit. Toen we eindelijk groen licht kregen, hebben we onze gespecialiseerde biggenvoerfabriek in De Rips geschikt gemaakt om pluimveemeel volgens een strikt protocol en geborgd te kunnen verwerken. Versleping is uitgesloten, ook via de logistiek. Dat bewijst de audit van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) en de toestemming die wij eind oktober ontvingen.’ Diermeel inzetten op een productielocatie heeft meer impact dan je zou verwachten. Het raakt ook de logistieke organisatie van Fransen Gerrits. De vrachtwagens waarin de biggenvoeders met pluimveemeel worden vervoerd, mogen absoluut niet worden geladen met bijvoorbeeld grondstoffen voor rundveevoeders. ‘Met het oog op een efficiënte benutting van onze bulkwagens tussen de verschillende productielocaties is dat een minpunt’, stelt Van Haperen. ‘Maar de voordelen voor de varkens en varkenshouders als we deze waardevolle dierlijke eiwitbron wél verwerken in biggenvoeders wegen zwaarder.’
Eerste praktijkervaringen positief
Fransen Gerrits levert sinds 4 november biggenvoeders met diermeel uit. De eerste indrukken van de klanten van de diervoederproducent zijn inmiddels teruggekoppeld. De biggen in de kraamstal nemen het nieuwe speenvoer graag op en de zeugenhouders zien een soepelere overgang na het spenen. Zeker in de opfokfase lijken de met diermeel verrijkte voeders de biggen rustiger te maken en ook ogen ze beter. Dit uit zich in meer kleur op de biggen, een betere vertering en mestconsistentie en vooral beduidend minder last van oorrandnecrose en bijterij.
Gunstig voor stofwisseling
Pluimveemeel heeft zo’n 70 procent eiwit en het aminozuurprofiel sluit nauw aan bij de behoefte van varkens. Het bevat ook een complex aan mineralen en vitaminen, waaronder diverse B-vitaminen die positief werken op de stofwisseling en energiehuishouding. Van Haperen: ‘Door deze component in het biggenvoer te verwerken en soja deels te vervangen, maken we het rantsoen veelzijdiger. Net als de mens is het varken van nature een omnivoor. Onder natuurlijke omstandigheden nemen biggen voor een goede spijsvertering en ontwikkeling van hun maag-darmkanaal plantaardige én dierlijke producten op. Door het biggenvoer beter af te stemmen op het natuurlijke dieet ontstaat een soort innerlijke rust bij de biggen.’
Meer rust bij de biggen is iets waar Sanne Hermans, productmanager biggen bij Fransen Gerrits, meteen op aanslaat. ‘Een van onze vijf voerlijnen voor biggen zetten we specifiek in op bedrijven waar wat meer onrust onder de dieren voorkomt. Vaak zijn deze biggen gevoeliger op hun darmen. Naast gehydroliseerd bloedplasma en soja-eiwitconcentraat kunnen we dus ook diermeel inzetten’, licht ze toe. ‘De komende periode doen we verder onderzoek naar de meerwaarde van diermeel als bron van eiwit en darmrust. Talloze oude en recente onderzoeken bij erkende instellingen in zowel binnen- als buitenland wijzen dezelfde kant uit: de big profiteert daarvan’, aldus Hermans. Voordat een nieuwe grondstof wordt verwerkt in het biggenvoer voor praktijkbedrijven heeft Fransen Gerrits zelf onderzoek gedaan naar de optimale hoeveelheid om toe te voegen en de effecten op de dierprestaties. Voor de waardevolle ‘oude bekende’ grondstof hoeft zo’n traject volgens de voerspecialist niet te worden bewandeld. ‘We kennen de nutritionele samenstelling en verteringcoëfficiënt van pluimveemeel tot achter de komma’, benadrukt Van Haperen. ‘We verwachten er veel van en hebben meteen een vracht van de poedervormige eiwitbron in een speciale silo laten blazen. We verwerken 1 tot 5 procent diermeel in het nieuwe speen- en biggenvoer.’ Diermeel toepassen levert zeugenhouders legio voordelen op, zoals minder problemen met agressief gedrag bij gespeende biggen. Van Haperen: ‘Meer rust levert efficiëntere groei op en meer verkoopwaardige biggen levert onder aan de streep ook extra geld op.’
Probleemloze opfok
‘Het nieuwe ingrediënt is geurig en geeft een aantrekkelijke smaak aan het biggenvoer. Dat zal de voeropname voor en na het spenen verhogen en beperkt de speendip’, verwacht Hermans. ‘Rust onder de biggen leidt tot minder problemen in de opfok. Zeugenhouders zullen merken dat de kwaliteit van de af te leveren biggen is verbeterd.’ Zeker in het traject naar varkens houden met lange staarten is het volgens Van Haperen en Hermans cruciaal om via
voeding alle zeilen bij te zetten om bijterij en agressief gedrag te voorkomen. Het dieet met diermeel optimaal afstemmen op de natuurlijke behoefte van biggen is volgens hen een stap die Fransen Gerrits daarin zet. Ook wordt het voer meer circulair gemaakt, omdat een specifieke sojabron grotendeels kan worden vervangen door deze hoogwaardige reststroom. Een iets lagere CO2-voetafdruk is bijvangst.